Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de koning zeide tot Haman: Dat [28]zilver zij u geschonken, [29]ook dat volk, om daarmede te doen, naar dat het goed is in uw ogen. 28. Te weten, die tien duizend talenten, die gij gepresenteerd hebt in mijn schatkamer te leveren. 29. Te weten, de Joden, die gij wilt laten ombrengen.